Naoorlogs Buitenlands beleid van Japan: Enkele Fundamentals

1
Naoorlogs Buitenlands beleid van Japan Enkele
Fundamentals
Frederik Ponjaert Ph.D. scholar - FNRS Research
Fellow (Belgian National Research
Fund) Institute for European Studies at the
Université Libre de Bruxelles Japan studies
Centre at the Katholieke Universiteit Leuven
2
De Theorie
3
Waarom de Politiek bestuderen?

• Wat is het?
• De gehanteerde Middelen om conlciten
  (Publiek-Privé / Interne-Externe/Geweldadig-Vreedz
  aam) te beslechten (vreedzame-gewaldadige manier
  / absolute-compromisvolle manier / unilateraal
  in overleg)
• Wat beïnvloed het? HEEL VEEL
• De Overheden (regeringen, ministeries, politieke
  actoren)
• Socio-economische (beleidskeuzen, winners
  losers)
• Socio-cultureel (zelfbeeld, onderwijs,
  Cultuurbeleid)
• Wat kunnen we er van leren ?
• De maatschappelijke voorkeuren vaneen samenleving
• Machtsverhoudingen binnen een samenleving
• Culturele trekjes die tot uiting komen
• .

4
Wat is buitenlandsbeleid ?

• Waar speelt het zich af ?
• Welke functie vervult het beleid?
• Welke externe en interne factoren bepalen het
  beleid ?
• Hoe evalueer je het ?
• Wie zijn de bepalende actoren ?
• Wie is er bevoegd verantwoordelijk ?
• Welke middelen en beperkingen geven dit beleid
  gestalte ?

5
Welke Vragen worden gesteld ?

• De 3 maal i op je analysen te stutten
• Interests (Belangen)
• Welke Belangen (Conflicten) zijn er?
• Institutions (Instellingen)
• Welke (Formele) Instellingen omkaderen
  beleidsmakers?
• Ideas (Idëen)
• Welke (Normatieve) Voorschriften wegen op het
  beleid?

6
Belangrijkste IR Scholen

• Neo-Realism
• Waltz, Morgenthau Green
• Interest Driven State centered
• Het uitwerken van de Relative Gains (cf.Game
  Theory)
• Pluralism (Liberalism)
• Carr, Chattha,
• Ethisch Rationele lezing van Buitenlandse
  vraagstukken
• Het uitrekenen van de beste Absolute Gains
• Neo-Institutionalism
• Keohane, Nye, Ikenberry
• De Noodzaak van Samenwerking gezien Complex
  Interdependency
• Het Belang van institutionele arrangementen
• Constructivism Crittical Theory
• Gramsci,
• Het belang van Ideeën
• Het ontleden van de de machts verhoudingen achter
  de verscheiden stellingen
• English School
• Ole Waever Barry Buzan
• Het ontleden van de Historische Evolutie van de
  Internationale Samenleving

7
De Geschiedenis
8
Historisch Perspectief I (1945-91)

• Fukuda
• 1977 Fukuda doctrine
• VN politiek
• Wild geese model

VS Bewind
Ikeda income-doubling plan politics of patience
reconciliation
Korean War (1950-53)
Vietnam War (1959-75)

• Nakasone
• Reagan-Tatcher jaren
• Versterkt nationalisme
• Economisch hubris

Kishi LPD systeem Security Treaty (1960)
Ohira comprehensive security and defense strategy
to safeguard peace
Sato 1972 Okinawa
Verdrag van San Francisco (1951)

• Nixon Shokku
• Nieuwe China Policy van de VS
• Einde van de Goud standaard Olie Crisis
• Vietnam Oorlog

• Yoshida Doctrine
• ?????????????????
• Een sterke bondgenootschap met de VS
• Economische wederopbouw als top prioriteit
• Minimale herbewapening

9
Historisch Perspectief II (1991- )

• Hatoyama (Sept. 09- )
• New Regering
• Asian Regionalism ?
• US Beleid Basisen ?

Murayama Eerste plate excuses voor de 2de WW
SDF naar Irak
Enduring Freedom Iraqi Freedom (2001- )
(2003- )
9/11
Desert Storm (1990-91)
Hashimoto Obuchi Human Security
1st Yaskuni Bezoek

• Fukuda (Sept. 07-08)
• Asie Beleid / Refuelling-Wet
• Care-taker

Kaifu Miyazawa Check book diplomacy

• Abe (Sept. 06- Sept. 07)
• Triomph van de Harde Lijn
• Focus op het Buitenland
• Fiasco !

• ASO (Sept. 08-09)
• Defensief
• Value Diplomacy/Soft Power

• Einde van de bipolaire wereld
• 1ste Irak Oorlog
• Economische bubble gevolgd door het verloren
  decennia
• Economische Spanningen met de VS

• Koizumis verkiezing (April 2001)
• Japan hervormen door de politiek de LPD te
  hervormen
• Assertief buitenlandsbeleid
• Nationalisme (cf. Yasukuni bezoeken)
• Proactieve onderhandelingen met Rusland Noord
  Korea

10
Grootste Internationale Zorgen

• Economische pijnpunten
• De toevoer van grondstoffen
• Voeding (rijst, vis, proteïnen )
• De toegang tot exportmarkten
• Veiligheids overwegingen
• De Koreaanse kwestie
• Het machtsevenwicht in de regio (de plaats van
  China)
• Sluimerende conflicten (Taiwan, Senkaku)
• De Rol en het Statut van de Japanse Militaire
  Middelen (Art. 9)
• Socio- culturele bekommernissen
• Demografische kwesties
• Integratie van immigranten
• De Japanse identiteit vrijwaren

11
Breuklijnen

• Oost / West
• Japanse Zee Kust Vs. De Stille Zuid Zee Kust
• Continentale Macht Vs. Zeemacht
• Het Westen inhalen Vs. Aziatische identiteit
  vrijwaren
• Realpolitik / Principiële politiek
• Realisme Vs. Pacifisme in zake veiligheid (voor
  of tegen het verdrag met de VS)
• Pragmatisme Vs. Legalisme (in grondwettelijke
  kwesties)
• Economisch pragmatisme Vs. Mensenrechten
• Apologists / Non-apologists
• Verhouding tot her verleden Trots Vs. Schaamte
• Verhouding met buren Normalisatie Vs. verdere
  antikritiek
• Vertrouwen in de stabiliteit van de Japanse
  democratie Groot Vs. Onzeker
• Nationalisme Vs. Internationalisme
• Economisch nationalisme Vs. Economisch
  Liberalisme
• Gaullisme / Status-quo / Japan Soft power
• Bilateralisme Vs. multilateralisme

12
SamenvattingTypologie van het Japanse
buitenlandsbeleid
Nationalistisch beleid van een gewone grootmacht
Koizumi
Aso
Nakasone
Abe
Dirigistische Aziatisch Model
Fukuda 2
Ohira
Hashimoto Obuchi
Kishi
Fukuda
Tanaka
Néo-liberaal Economische Model
Sato
?? Hatoyama ??
Kaifu Miyazawa
Ikeda
Yoshida
Murayama
Civiel zelfs pacifistisch Internationalisme