Bovenschools Management - PowerPoint PPT Presentation

1 / 28
About This Presentation
Title:

Bovenschools Management

Description:

Bovenschools Management Hoe het werkt Hoe het kan werken en of het werkt Wat is bovenschools management Structurele, professionele voorziening voor: bovenschoolse ... – PowerPoint PPT presentation

Number of Views:40
Avg rating:3.0/5.0
Slides: 29
Provided by: HansE153
Category:

less

Transcript and Presenter's Notes

Title: Bovenschools Management


1
Bovenschools Management
  • Hoe het werkt
  • Hoe het kan werken en
  • of het werkt

2
Wat is bovenschools management
  • Structurele, professionele voorziening voor
  • bovenschoolse beleidsontwikkeling en- uitvoering
  • bovenschoolse coördinatie en sturing

3
Positie van bovenschools management
  • Voorziening tussen het bevoegd gezag en
    schooldirectie
  • Neemt taken over van bestuur en schooldirecties
    en levert (als het goed is) meerwaarde voor
    beiden op

4
Hoe komt het tot stand?
  • Vervangt de klassieke taak- en
    verantwoordelijkheidsverdeling tussen beide
    spelers
  • Keuze voor BM vanuit besturen
  • Keuze voor BM vanuit noodzaak tot bovenschoolse
    coördinatie
  • Combinatie met zwaartepunt komt vaak voor

5
Vanuit besturingsfilosofie(De manier waarop het
bestuur haar verantwoordelijkheid wil invullen)
  • Gebrek aan tijd bij bestuursleden (vrijwilligers)
  • Mogelijkheid voor bestuur op afstand of
    toezichthoudend bestuur
  • Gebrek aan deskundigheid
  • Behoefte aan effectiviteit/slagvaardigheid

6
Vanuit managementfilosofie(manier waarop het
management leiding wil geven aan organisatie)
  • Behoefte aan bovenschoolse coördinatie
    bijvoorbeeld m.b.t. personeelsbeleid,
    samenwerkingsverband, schoolbestuurlijk overleg
    e.d.
  • Behoefte aan (centrale) leiding

7
De vormgeving
  • Er zijn altijd 2 krachten werkzaam
  • Vanuit kostenmotief
  • Verbijzondering van taken gericht op
    doelmatigheid en efficiency
  • Vanuit bestuursmotief
  • Organisatie gericht houden op doelgerichtheid
    en/of effectiviteit
  • Beide motieven werken in horizontale en verticale
    richting

8
BSM is maatwerk
Bestuursmotief
Kostenmotief
9
Vormgeven in 4 stappenStap1
  1. Vanuit het kostenmotief (efficiënte inzet van
    mensen en middelen) ontstaat verticale
    functiedifferentiatie (functies met
    niveauverschillen in verantwoordelijkheden en
    beloning)
  2. Bij deze stap moeten de voordelen van doelmatige
    functieverdeling afgewogen worden tegen de kosten
    van het geheel en mogelijk verlies van
    managementfuncties op schoolniveau

10
Stap 2
  1. Verbijzondering van taken vergt leiding
  2. O.g.v. bestuursmotief zal steeds meer tijd
    gereserveerd moeten worden voor het leidinggeven,
    om verschillende niveaus aan elkaar te koppelen
  3. Als verticaal onderscheid in verantwoordelijkheid
    wordt gemaakt, ontstaat hiërarchiering
  4. Bij deze stap moeten voordelen van hiërarchiering
    worden afgewogen tegen grenzen van omspanning
    (span of control)

11
Stap 3
  1. Kostenmotief kan ook horizontaal werken door
    gelijksoortige taken samen te voegen
    (specialisatie)
  2. Binnen gedeelde managementfunctie kan men taken
    verdelen naar beleidsterrein of regio
    (taakdifferentiatie)
  3. Bij deze stap moeten voordelen van horizontale
    differentiatie worden afgewogen tegen de kans op
    verdubbelingen in taken en verantwoordelijkheden

12
Stap 4
  1. Bij horizontale differentiatie moet onderlinge
    afstemming van taken en functies gewaarborgd
    worden
  2. Om samenhang te bevorderen zal men kleine eenheid
    (managementteam) moeten vormen voor de
    coördinatie
  3. Voordelen van collegiale coördinatie (draagvlak
    en betrokkenheid) dienen afgewogen te worden
    tegen mogelijk nadelen (minder slag- en
    besluitvaardig)

13
De modellen
  • Modellen op basis van maatwerk o.a. vanuit
  • Besturingsfilosofie
  • Managementfilosofie
  • Specifieke situatie bestaande organisatie
  • Vaardigheden personeel
  • Op basis van
  • Kostenmotief
  • Bestuursmotief

14
Managementteam (Model Loon op Zand)
  • Gebaseerd op taakdifferentiatie
  • Niet-hiërarchische verhoudingen
  • Collegiale samenwerking aan bovenschoolse taken
    en verantwoordelijk voor eigen school

15
Clustermodel
  • Clusters van scholen met in ieder cluster 1
    integrale clusterdirecteur
  • Op de scholen locatieleiders die hiërarchisch
    ondergeschikt zijn aan clusterdirecteur
  • Binnen clustermodel zijn varianten mogelijk

16
Beheersdirecteur
  • Functiedifferentiatie in een hiërarchische
    verhouding
  • locatie- of teamleider is onderwijskundig leider,
    verantwoordelijk voor uitvoerende taken en
    personeelsbeleid
  • Hierboven staat beheersdirecteur die over
    financieel-materiële zaken gaat en bovenschools
    personeelsbeleid

17
Algemeen directeur (AD)
  • Hiërarchische verhoudingen
  • Schooldirecteur valt onder verantwoordelijkheid
    van AD
  • Beide op hun niveau verantwoordelijk voor alle
    beleidsterreinen

18
De modellen schematisch
19
Modellen (vervolg)
  • Er zijn meer modellen mogelijk
  • Er zijn ook modellen die uitgaan van een
    directeurenadviescommissie bijv. 2 directeuren
    bovenschools, rest op locatie en variaties daarop
  • Ieder model kan weer gevarieerd worden ingevuld
  • De specifieke organisatievraag is bepalend voor
    modelkeuze
  • Op basis van organisatiekundige principes
  • Er is relatie tussen minimum schaalgrootte en de
    werking van Bovenschools Management

20
Bekostigingsmogelijkheden
  • Volledige bekostiging door het bestuur uit de
    algemene middelen
  • Volledige bekostiging door de scholen uit de
    formatierekeneenheden
  • Volledige bekostiging uit de Stimuleringsbijdrage
    Bestuurlijke Krachtenbundeling
  • Volledige bekostiging uit het schoolbudget
  • Een mix uit vorenstaande mogelijkheden
  • De Algemeen Directeur(en) volledig opnemen in de
    formatieplannen en de goedkoopste leerkracht
    financieren met geld

21
Voorkeur Mix
  • Vanuit principe dat BSM niet alleen voordelig is
    voor het bestuur
  • Voordelen moeten voor alle betrokkenen duidelijk
    zijn
  • Zoveel mogelijk draagvlak

22
Voorbeeld bekostigingINKOMSTEN SCHOLEN
2003-2004. In onderstaand tabel worden de
inkomsten weergegeven van een 13-tal scholen in
formatierekeneenheden
23
Inkomsten schoolbudget
Ook de inkomsten van het schoolbudget zijn van
belang. Uitgangspunt in deze berekening is dat
15 van het budget structureel gebruikt wordt
voor financiering van een vorm van bovenschools
management. Deze 15 is dan ook in de modellen
meegenomen. Hieronder een overzicht van de
inkomsten van het schoolbudget.
School Aantal leer- lingen School-gewicht Onderdeel A Onderdeel B Onderdeel C Totaal te ontvangen Bijdrage 15 bsm
01 AA 301 0 60.928,42 0.00 0,00 60.928,42 9.139,26
02 BB 284 0 57.487.28 0,00 0,00 57.487,28 8.623,09
03 CC 141 0 28.541,22 0,00 106,93 26.648,15 4.297,22
04 DD 89 0 18.015,38 0,00 1.503,65 19.519,03 2.927,85
05 EE 121 0 24.492,82 0,00 644,13 25.136,95 3.770,54
06 FF 43 0 8.704,06 0,00 2.739,21 11.443,27 1.716,49
07 GG 116 0 23.480,72 0,00 778,43 24.259,15 3.638,87
08 HH 305 0 61.738,10 0,00 0,00 61.738,10 9.260,72
09 JJ 218 0 44.127,56 0,00 0,00 44.127,56 6.619,13
10 KK 99 0 20.039,58 0,00 1.235,05 21.274,63 3.191,19
11 LL 161 0 32.589,62 0,00 0,00 32.589,62 4.888,44
12 MM 37 0 7.489,54 0,00 2.900,37 10.389,91 1.558,49
13NN 144 0 29.148,48 0,00 26,35 29.174,83 4.376,22
Totaal 2064 0 416.782,78 0,00 9.934,12 426.716,90 64.007,54
Onderdeel A normale vergoeding aantal
leerlingen x Euro 202.42 Onderdeel B
Schoolgewicht berekend schoolgewicht -/- 9
aantal leerlingen Onderdeel C kleine scholen
Euro 3.894,19 -/- 26,86 aantal leerlingen
24
3 Berekende modellen
  • Een AD, schaal DC, fre verbruik 284,
    salariskosten 75.000
  • Alle (7) scholen houden een directeur en een
    adjunct directeur
  • 2 AD, 13 scholen, op scholen integrale directeur,
    geen adjuncten
  • 1 AD, drie meerscholig directeuren,
    locatieleiders op de scholen
  • (modellen worden uitgereikt)

25
Functionele posities in BM
Wat zijn de feitelijke posities tegen de
achtergrond van de vraagstelling vooraf?
26
Hoe werkt het in de praktijk(Voorbeeld)
27
Wat zijn valkuilen?
  • Onvoldoende draagvlak
  • Managers niet op hun taak berekend (onvoldoende
    competent, onvoldoende gemotiveerd, slechte
    communicatie e.d.)
  • En verder?........

28
(No Transcript)
Write a Comment
User Comments (0)
About PowerShow.com